Begraven in Oost-Zaandam
door Ruud Meijns
In oude tijden werd er begravenop een terrein naast de kerk of daar in de buurt.
Als een dorp groter wordt en een stad gaat worden komt de plek om de doden te begraven verder van de kerk af te liggen en bij het voortschrijden van de ontkerkelijking ligt het kerkhof los van het Godshuis.
In het nog kleine dorp Oost-Zaandam werden de doden veelal nog in het hoofddorp van de polder Oostzaan begraven; te weten Oostzaan.
NH-kerk Koog a/d Zaan. 1921
Maar rond 1600 kwam daar een einde aan en werd een begraafplaats in het eigen dorp aangelegd. Even buiten het buurtje rond de Oostzijderkerk werd een terrein geschikt gemaakt als begraafplaats.
Hoe is het kerkhof van Oostzaandam ontstaan en wanneer?
In 1636 verklaren bij de notaris Jan Jelisz van Breen te Zaandam Gerrit Corn. van Muijen 80 jr., Pieter Gerritsz. 72 jr. en Dirck Dircksz. 59 jr. allen buren aan de Oostzijde, dat de ingezetenen van de Oostkant van de Zaan hun doden plachten te begraven in Oostzaan. Omtrent 1604 kwam het tot een kwestie tussen die van de Oostzijde en die van Oostzaan waardoor het begraven van de doden in Zaandam is ontstaan.
Daarop hebben de regenten van Oost-Zaandam hun ingezetenen gelast en bevolen aarde aan te voeren en te brengen op het kerkhof te Zaandam. Het kerkhof daarmee op te hogen en geschikt te maken om de doden er te begraven.
De getuigen verklaren niet te weten of er vanuit de Westzijde enige bijdrage hieraan is geleverd.
Een kaart uit 1794 en het pijltje wijst naar de plaats van het kerkhof
Onderzoeker Lootsma noemt nog een ander protocol dat over begraven gaat. Dit keer is het een getuigenis uit het Kalf.
Heden verschenen voor mij Corn. Dircxsz Kleijn, openbaar Notaris te Zaandam Cornelis Sijmonsz oud 78 jaar, Pouwels Claesz oud 76 jaar, Jacob Beijtel oud 75 jaar, Jacob Jansz Yves oud 66 jaar, Corn. Willemsz Copjes uit Zaandam evenals Frans Hendriksz oud 63 jaar, Jacob Willemsz Kopjes oud 62 jaar, Gerrit Jansz oud 61 jaar, Cornelis Claesz oud 60 jaar en Claes Dircxsz oud 59 jaar, allen woonachtig op ’t Kalf.
Zij verklaren eendrachtig en eenstemmig op verzoek van de heren kerkmeesters van Zaandam aan de Oostzijde, dat ze zekere kennis hebben dat zo lang als ze zich kunnen herinneren zij hun schuiten aanlegden om lijken van het Kalf af te voeren naar de kerk om aldaar te worden begraven. Daarvoor werd altijd de kerkhaven en de wal gebruikt die ligt tussen het huis van Matthijs Tijsz Beenhacker en het erf van Pietr Claesz Lou. En dat voor het opzetten en het op het schip zetten van dezelfde lijken gebruik gemaakt werd van de wal die lag aan de zuidzijde van de genoemde kerkhaven zonder dat er tegen aanleggen en opschepen van de lijken op de wal bezwaar is gemaakt.
Bij het pijltje de ligging van het kerkhof.
Er wordt gesproken over de kerk-haven en mogelijk is dat het haventje dat van de Zaan de Peperstraat in liep. Dit werd ook gebruikt door de bier- en wijnhandelaren die daar hun kelders hadden.
Het is merkwaardig om te zeggen dat er nog foto’s zijn van het kerkhof, niet uit de tijd van de getuigenissen maar van een veel latere datum; 1934. Er is toen een foto van het oude kerkhof genomen vanaf de A. F. de Savornin Lohmanstraat. Rechts is het Kerkhof te zien. Links de Klaas Katerstraatschool
Ook tijdens de zoektocht naar de schat van Claes Compaan op het kerkhof door Madame Sylvia zijn ook nog wel foto’s gemaakt die de plek van het toen omgewoelde kerkhof laten zien. De schutting, waar we overheen kijken stond op de A.F. de Savornin Lohmanstraat. Op de achtergrond de school aan de Klaas Katerstraat. Officieel was er al een nieuw kerkhof geopend op het eind van de Zuiddijk.
Bron: Uit Zaansche Notarisprotocollen door S. Lootsma
Foto’s en Kaartjes: Gemeentearchief Zaanstad, Vereniging Zaanse Molen