De Gedempte Gracht – Een geschiedenis

In de maand september zullen er bij diverse winkels op de Gedempte Gracht foto’s te zien zijn van hoe de Gracht er vroeger uitzag. Maar er is meer te vertellen en daarom hier een kleine geschiedenis van de Gedempte Gracht.

In het begin van de 17e eeuw ontstond hier de eerste bebouwing aan wat toen de Noorder- en Zuider Nieuwendijk heette, twee paden met een sloot in het midden.  De Zuider Nieuwendijk werd al snel het Zilverpad genoemd. Vermoedelijk omdat er de rijkere mensen woonden. Na verloop van tijd werd de noordkant van de Nieuwendijk ook het Geldelozepad genoemd, de arme kant van de gracht.

Tekening van het Geldloze- en Zilverpad van voor 1858.

De meeste paden in Westzaandam eindigden in het Westzijderveld, bij een of meer molens. De meeste paden in Zaandam hadden een padreglement, een soort bestemmingsplan dat door de bewoners zelf werd opgesteld. Dat ging bijvoorbeeld over hoe de sloot moest worden beheerd.

De naam “Gedempte Gracht” ontstond na 1858. In de 19e eeuw werd men zich meer bewust van de noodzaak van hygiëne om ziekten te voorkomen. Het water uit de padsloten werd voor van alles gebruikt, terwijl het feitelijk open riolen waren.

Er werd begonnen met de aanleg van riolering en waterleidingen en met het dempen van de padsloten.

In 1923 meldden de brandkronieken dat een brand aan de Gedempte Gracht moest worden geblust met leidingwater, “omdat alle sloten in de nabijheid inmiddels zijn gedempt”.

Op 9 augustus 1858 ontstond er brand in de middag om 15.30 uur te Westzaandam, bij de Dam, tegenover het Zilver- en Kuiperspad, aan de Zaan, in een klein huisje, bewoond door de goud en zilverkashouder, de heer Fruitman. Ondanks de spoedige hulp zijn er 12 huizen in de as gelegd, en verscheidene huizen werden zwaar beschadigd.

 

Door de demping van de sloot ontstond een brede straat tussen de Westzijde en de Vinkendwarsstraat. In de 19e eeuw ontwikkelde de gracht zich steeds meer tot winkelgebied. Vanaf 1872 werd dit deel van de Gracht – in eerste instantie op donderdag – gebruikt voor een grote warenmarkt. Dit bleek een groot succes.

 

 

In 1876 werd ook het tweede deel van de Gracht gedempt: tussen de Vinkenstraat en het Rustenburg. Waar het oostelijk deel van de Gracht werd gebruikt voor warenmarkt, koeienmarkt en kermis werd dit westelijke deel ingericht als plantsoen.

 

 

Ook de sloot tussen het Ventje en het Ankersmid werd in deze tijd gedempt. Het Ventje verbond de Gedempte Gracht via een brug over de Vaart en een onverhard pad met het Westzijderveld en later met de Provincialeweg (aangelegd in 1932). Aan dit pad werd nog in 1887 een beeldbepalende boerderij gebouwd.

 

Rond 1960 liepen er nog schapen op de plek waar nu het hotel staat.

Vanaf 1899 is de Russische Buurt aangelegd. Onderdeel hiervan was de aanleg van de Czarinastraat, aangesloten op de Gracht ten koste van een paar woningen – ongeveer waar nu de ingang van de Rozenhof is. In de eerste helft van de 20e eeuw veranderde er weinig aan de Gracht.

Er was weinig verkeer, veel winkels, twee keer per week een markt en jaarlijks kermis op de Gracht en de Burcht. Vooral nadat in 1875 de najaarskermis in Amsterdam werd opgeheven kwamen mensen vanuit de wijde omtrek naar de Zaandammer kermis. Ook bood de Gracht plaats aan een veemarkt en aan bijvoorbeeld Korriewedstrijden met Luilak. Een echt centrum van Zaandam.

 

De welvaart na de oorlog en het snel toenemende autoverkeer zorgde voor grote veranderingen in het centrum van Zaandam. Er moest een verbinding voor autoverkeer komen tussen Oost- en Westzaandam: De Beatrixbrug.

Ook de Gedempte Gracht kreeg een complete make-over.

 

De afrit van de Beatrixbrug zorgde voor de sloop dat deel van de Westzijde. Het plantsoen in het westelijk deel van de Gedempte Gracht verdween. De statige populieren werden gekapt. Er was geen plaats meer voor markt en kermis. Het Ventje en het Ankersmid werden gesloopt en de Gracht doorgetrokken naar de Provinciale Weg.

 

Veel beeldbepalende panden werden gesloopt om plaats te maken voor de grote warenhuizen: V&D, Hema, C&A, P&C, Blokker, Bart Smit. En aan het Ankersmidplein de toren van Albert Heijn.

 

Wat verdween: de boerderij aan het Ventje, Ons Huis, de school en het belastingkantoor, het marktmeestershuisje, de apentuin, de fraaie manufacturenwinkel van Veldhuis op de hoek van het Rustenburg, maar ook de aansluiting op de Czarinastraat, het Dampad en een deel van de Vinkenstraat. In de jaren 80 gevolgd door de verplaatsing van het Station naar de kop van de Gedempte Gracht en de bouw van het Trefpunt en de parkeergarage.

 

Al in de jaren 80 werd besloten een brug over de Voorzaan aan te leggen: de Den Uylbrug.

Daarmee verviel de noodzaak van doorgaand autoverkeer over de Gracht en kon het centrum voor de derde maal een make-over krijgen.

 

In de jaren 90 werden in het midden van de Gedempte Gracht kiosken geplaatst, de Rozenhof werd gebouwd. De Gracht werd voor het eerst volledig het domein van het winkelend publiek.

Een groot succes bleken de kiosken niet. Een rigoureuzere aanpak bleek nodig. De vierde make-over, de derde binnen 50 jaar, nadert nu zijn voltooiing.

De aanpak van de Stationsomgeving, de bouw van het stadhuis van Zaanstad, het vanaf 2013 teruggebrachte water in de Gracht en de namaak Zaanse gevels zorgen voor een Centrum met een eigen sfeer, aantrekkelijk niet alleen voor onze bewoners maar – om te beginnen dankzij het hotel – ook voor toeristen. Een make-over waarin met succes gezocht is naar een verbinding tussen verleden en heden.

foto’s: gemeentearchief Zaanstad