Huisjes van Bruynzeel

door Ruud Meijns

We kennen de keukens van Bruynzeel, de potloden van Bruynzeel, de deuren en kasten van Bruynzeel. Maar wist u dat Bruynzeel ook kant en klare bungalows leverde. Niet hier in Zaandam of in Holland, maar in Suriname.

De firma Bruynzeel kreeg in 1947 een houtconcessie van 500.000 hectare, genoeg om er ook een fabriek ter verwerking op te bouwen. 

De Bruynzeel Suriname Houtmaatschappij was een feit.

Het was Wout Bruynzeel die vanuit Nederland een model had meegenomen voor een te bouwen volkswoning. Kees Tempelaar, één van zijn medewerkers, wist uit ervaring dat dit model niets kon worden. Er stonden in Suriname al genoeg van dit soort huisjes. Hierop nodigde Bruynzeel hem uit met een voorstel te komen.

Dat voorstel kwam er. Wat Bruynzeel wilde was, met de Tweede Wereldoorlog in gedachten, een vorm van noodwoning te bouwen die overal ingezet kon worden. In 1953 met de Watersnoodramp bleek dat maar al te waar te zijn. Maar ook in het Caraïbisch gebied met al haar krachtige stormen, bleek deze vorm van snelle woningbouw goed van pas te komen. Het waren bouwpakketten die met enige vaklieden snel in elkaar werden gezet. Daarnaast bleek het voor de gewone man een betaalbaar alternatief te zijn voor alle vormen van zelfbouw.

Een modelwoning standaard hoog

De eerste woningen kwamen in de jaren ’50 tot stand. Er waren vele varianten, volgens het boek van Janssens ruim 30, van klein tot groot en zeer groot, met of zonder veranda. De woningen werden in Suriname door plaatselijke aannemers in elkaar gezet. Bij grotere projecten zoals hele nieuwbouwwijken werden grote combinaties ingezet. De woningen deden het niet alleen in Suriname goed. Overal in het Caraïbische gebied kan men nu nog de woningen van Bruynzeel vinden.

Met Bruynzeel in Suriname liep het niet goed af. In 1975 ging het bedrijf voor de helft over in handen van de Surinaamse overheid. Met de burgeroorlog in Suriname kwam de fabriek stil te liggen en toen was het einde nabij.

Eén der geïnterviewde oud-werknemers zegt: “Zo jammer, er is niks van over, de hele fabriek is kapot, je gaat huilen als je het ziet.”.

Bron: ‘Bruynzeelwoningen in Suriname‘ – met herinneringen van Kees Tempelaar, Karolien Janssens, Marte Wierenga en Dirk Laporte.  De foto’s zijn van Kees Tempelaar.