Vier Arbeiderswoningen gered

Aan de Westzijde staan vier houten arbeidershuisjes onder één kap. Woningcorporatie Parteon en Stadsherstel Amsterdam zijn tot overeenstemming gekomen om de woningen aan Stadsherstel te verkopen. Niet alleen blijft dit erfgoed hierdoor behouden voor de toekomst en krijgen de rij woningen hun oorspronkelijk aangezicht terug, ook zijn ze aangewezen als gemeentelijk monument. Foto: gemeentearchief, 1950.

 

Stadsherstel geschikte eigenaar om erfgoed te kunnen behouden

In de bocht van de Westzijde staan op de nummers 173-179 de houten arbeiderswoningen met de voorgevel direct aan de straat gebouwd. Onderhoud is hard nodig, ze staan al geruime tijd leeg of worden door anti-kraak bewoond. Door de staat van onderhoud en de benodigde inspanning en investering om de specifieke woningen aan te passen aan de eisen van de huidige tijd, sluiten ze niet meer aan bij de toekomstige portefeuille van woningcorporatie Parteon. Juist door het bijzondere karakter van de woningen voelt Parteon zich verantwoordelijk voor het behoud ervan. De woningcorporatie zocht voor de overname dan ook een partij die erfgoed en monumentenzorg als kerntaak heeft en die bovendien een sterke binding heeft met de Zaanstreek. Deze werd gevonden in Stadsherstel Amsterdam.

De houten arbeidershuisjes zijn gebouwd aan het einde van de 19e eeuw nabij de gasfabriek die in 1859 gebouwd is. Vermoedelijk zijn ze gerealiseerd voor arbeiders van deze fabriek, die eind jaren ’60 gesloopt is. Ze staan op drie kavels die oorspronkelijk een boomgaard was, maar in 1817 al bebouwd waren met kleinere woningen, die mogelijk ook aan elkaar geschakeld waren. Destijds werden ze bewoond door twee koperslagers, een smid alias knecht en een koopman: van oudsher waren het dus al arbeiderswoningen. foto: Foto Stadsherstel Amsterdam Aart Jan van Mossel 2020

Van afbraakpand tot gemeentelijk monument

De rij arbeiderswoningen is een van de weinige goed bewaard gebleven voorbeelden van de sobere houtbouw in de Zaanstreek. De houtzaagmolen zorgde ervoor dat de Zaanstreek opbloeide tot het eerste industriegebied van Europa. Vanwege de veengrond en het makkelijk voorhanden zijnde hout werd hier in de 17e en 18e eeuw voornamelijk in hout gebouwd. En in tegenstelling tot de rest van Nederland vond de overgang naar bouwen in steen pas in de late 19e eeuw plaats. In die periode kende de Zaanstreek een tweede bloeiperiode van de industrie met de komst van grote fabrieken langs de Zaanoevers. Een groot deel van de Zaanse bevolking woonde destijds in kleine houten huisjes als die van het betreffende rijtje. Deze relatie met zowel de Zaanse bouwtraditie als de lokale industriële geschiedenis maakt dat de woningen – een van de twee laatste blokken houten rijwoningen in de gemeente Zaanstad – grote cultuurhistorische waarde hebben. De gemeente Zaanstad heeft daarom besloten om ze de gemeentelijke monumentenstatus te geven.

Tekst: Stadsherstel Amsterdam