Oostzijde 111

door Ruud Meijns

Velen zullen zich nog wel Oostzijde 111 als ‘Spes Viva’, herinneren; het  Gereformeerde verpleeghuis.

Het was het herenhuis met grote tuin van rijstpeller Nicolaas Blans. Nicolaas Johannes Blans 1865 – 1916, was de eerste eigenaar van dit grote pand. De heer Blans was naast rijstpeller ook een ZVV’r die zoals veel jongens uit de gegoede burgerij het voetbalspel populair trachten te maken. Naast voetballen voor ZVV was hij ook tweede secretaris van de vereniging. Voor de afdeling Zaandam van vereniging “Volksweerbaarheid”[1]  hield hij als penningmeester een oogje op de financiën. N.J. Blans overlijdt in 1916.

Het huis lag aan de Oostzijde en achter het pand lag nog een gebied dat tot aan de Zaan reikte. Dat is in vele handen geweest o.a houthandel Wilson heeft er gebruik van gemaakt. Later is het in gebruik genomen door Onrust & Hoorn van de snoepfabrikant van Crowny Food. Oostzijde 111 heeft als kadasternummer 1675. Links met nummer 1576 ligt een pand dat ook tot de familie Blans behoorde.

Al deze percelen lagen tegenover de Belgischestraat en de Doopsgezinde Vermaning beter bekend als de Doofpot.

 

In handen van de volgende eigenaar  Thomas Martinus Kamphuijs ondergaat het pand een ingrijpende gedaanteverwisseling. In 1920 laat hij er een verdieping opzetten. Na de verbouwing duurt het tot 1923 dat het pand weer op de markt komt.

De volgende eigenaar  is de N.V. Zaanlandsche Handelsmaatschappij voor Onroerende Goederen die het in hetzelfde jaar  doorverkoopt aan Hendrik Johan Porth, een magnetiseur. Deze Porth was als magnetiseur gevestigd op het Dampad.

Magnetiseur

Hendrik Johan Porth was geboren in Amsterdam op 22-08-1881. Hij kwam uit een gezin met 4 kinderen waarvan de vader als meubelfabrikant te boek stond bij de gemeente Amsterdam. Hij trouwt op 18-07-1901 in Amsterdam met Boudina Hendrina Vogelzang (1882). Zij vestigen zich in Zaandam op Dampad 47 waar hij als stoffeerder staat ingeschreven en een praktijk als magnetiseur begint. In 1922 koopt hij het huis op Oostzijde 111. Naast zijn magnetiseurspraktijk staat hij bij de Kamer van Koophandel ingeschreven als verkoper van patentgeneesmiddelen en artikelen voor ziekenverpleging.

In 1925 koopt de Gereformeerde kerk van Zaandam het huis aan om er een tehuis voor ouden van dagen in te vestigen. De heer Porth laat via een advertentie weten dat zijn zaak verplaatst is naar Amsterdam.

 

Rusthuis ‘Spes Viva’ (levende hoop)

Bij de opening in juli 1925 werd nog de vraag gesteld waarom zo nodig een nieuw rusthuis geopend moest worden terwijl er al een tehuis staat op de Bloemgracht. Het was niet om de verpleging want die is uitstekend op de Bloemgracht maar er is meer. Het gaat ook om het ‘brood des levens’ aldus de diaken de Vries die het woord voerde bij de opening. Het is een diaconaal rusthuis. Voor de leden van de gereformeerde kerk betekent het hebben van een eigen rusthuis dat offers nodig blijven naast de inkomsten uit de verpleging.

Van 1942 tot 1963 was in Spes Viva een kraaminrichting gehuisvest. 2181 Zaandammers hebben er het eerste levenslicht gezien. De inkomsten uit het kraamcentrum zorgden voor de bekostiging van de verpleging van de ouderen. Men profiteerde van de na-oorlogse geboortegolf, maar bevallen in het ziekenhuis en het thuis-bevallen werden populair. De kosten van het op peil houden van de voorzieningen in het tehuis werden te hoog.

In 1966, na een interne verbouwing van 8 maanden, werd Spes Viva heropend door wethouder Esser. Hij vertelde o.a. dat Zaandam 5800 bejaarden telt en dar er een behoefte aan 200 – 300 bedden zal ontstaan rond 1975. Alleen verpleging zal niet genoeg zijn in de toekomst. Men zal bejaarden moeten reactiveren meende de wethouder. Voorts maakte hij bekend dat als het Julianaziekenhuis straks klaar is het gemeente ziekenhuis aan de Frans Halsstraat ingericht zal worden als verpleegtehuis.

Maar in 1974 ziet men al donkere wolken verschijnen. Het aantal verzorgden neemt af. In 1975 wordt nog het 50 jarig bestaan gevierd met de overgebleven 30 bewoners. ’s Avonds was er een concert in de tuin uitgevoerd door Soli Deo Gloria. De moderne ideeën over verzorging gaan Spes Viva parten spelen. Er zijn nu kamers met 5 of 6 patiënten. Volgens de richtlijnen moet dat naar 4 personen per kamer. Het gebouw is oud en ook de inventaris zou vernieuwd moeten worden.

In 1986 valt het doek definitief. Bewoners worden verhuisd naar Oostergouw. De functie van het tehuis veranderde. De laatste tien jaar waren diep demente mensen de voornaamste bewoners.  Het pand werd aangekocht door Alreso Electronics maar nooit in gebruik genomen. De firma brengt het opnieuw op de markt.

Als in 1985 Crowny Food Industries een nieuwe puddingfabriek bouwt is dat slechts voor tien jaar. Want na overname wordt Crowny Fod gesloten en is de weg vrij voor nieuwbouw op het gehele terrein.

In 2001 start de bouw van en appartementencomplex de Steven in opdracht van Sean Wonen.

 

[1] Vereeniging Volksweerbaarheid: De “Vereeniging Volksweerbaarheid” was een organisatie opgericht in 1899. Hun doel was om gymnastiek in het onderwijs te krijgen en dat mensen aan lichamelijke oefeningen zouden doen in hun eigen vrije tijd. Ook tucht, morele opvoeding en een schietbanen in elk dorp waren belangrijke zaken in hun ogen. Een van hun belangrijkste punten was het oprichting van een volksleger.

Iluustraties: Gemeentearchief Zaanstad, auteur.